In mijn werk is het proces even belangrijk als de uitkomst. Veel technieken die ik inzet kan ik maar voor een deel beheersen. Ik wil ook geen volledige controle en geeft het toeval graag de ruimte.
Terwijl ik een schilderij opbouw breek ik het werk ook telkens weer af. Ik verwijder verf, maak krassen, vlekken en bouw het weer op. Zo creëer ik een huid en geef een schilderij een leven. Daarbij zoek ik niet naar perfectie. Juist de schoonheid van imperfectie en sporen van gebruik intrigeren me. Ook streef ik naar de losheid van functionele schoonheid.
Het is een zoekend proces, een werkwijze van constante ‘trial and error’. Ik laat me graag verrassen door ‘happy accidents’, experimenteer, speel en maak fouten. Net zolang tot er een interessant beeld ontstaat wat me grijpt. Het moment om te stoppen is als alles klopt in mijn ogen en ik niks meer kan toevoegen. Het spel met de beeldelementen speelt daarbij een belangrijke rol.
Veel stappen die ik neem zijn niet rationeel te verklaren. Ik laat mijn gevoel, intuïtie en creativiteit spreken en probeer in een Flow te komen. Die onbevangenheid levert vaak het beste werk op. Als het lekker loopt dan ontstaat het schilderij als vanzelf.
